Dit is een hoofdstuk uit mijn inmiddels niet meer te verkrijgen boek over de opkomst van commerciële omroep in Nederland en wordt als naslagwerk gekoesterd als het gaat over de periode 1985-1996 in de Nederlandse omroepgeschiedenis. Hier vind je een stukje vergeten omroephistorie, waar in de 21e eeuw niemand het meer over heeft. Zo lang beklijven radio- en tv-zenders dus, als ze niet meer bestaan. De Arcade Media Groep stond voor Radio 10 Gold, Love Radio en Concert Radio, The Music Factory en TV10 (Gold). Alleen Radio 10 bestaat als merk nog. De grote man achter dit Nederlandse concerrn was de latere LPF-minister Herman Heinsbroek. Een in de jaren negentig nog onbekend gezicht in de media. Maar eigenlijk zat Heinsbroek toch Berlusonietje in het klein te spelen. Toen al.
"De Nederlandse overheid zet het Nederlandse bedrijfsleven keer op keer in de kou. Probeer maar eens in Frankrijk of in Engeland als buitenlands bedrijf met de mooiste etherfrequenties aan de haal te gaan! Dat lukt niet!"
Arcade topman Herman Heinsbroek is iemand die in medialand wel een belangrijke positie inneemt, maar daarmee niet te koop wil lopen. Heinsbroek gaat spaarzaam om met interview-verzoeken, omdat hij niet als mediatycoon in elk blad van Nederland hoeft te staan. Niettemin is de interesse van de pers in Heinsbroek wel te begrijpen, want zijn bedrijf Arcade, vooral bekend als platenlabel, speelt inmiddels derde viool in het Nederlandse medialandschap. Naast de Holland Media Groep en SBS manifesteert de Arcade Media Groep zich middels twee nichezenders, The Music Factory en TV10. En op radiogebied is Arcade zelfs de grootste radiogroep, met Radio 10 Gold, Love Radio en Concert Radio. De lachende derde zou aan het eind van de eeuw wel eens de meest winstgevende Media Groep van Nederland kunnen zijn.
"We hebben altijd al interesse gehad in het mediagebeuren. Arcade ziet een cd puur als een drager van informatie, of van entertainment. Dat is nu een cd, maar of het een elpee is, of een cassette of morgen een chip, dat maakt niet zo vreselijk veel uit. Het is een drager van informatie, en brengt dus muziek en entertainment over. Dat doet televisie ook. Eind jaren tachtig, begin jaren negentig vonden we het te veel risico om met commerciële omroep in Nederland te beginnen. Het was wettelijk nog onmogelijk om het hier te doen. De risico's om het buiten de wet om te doen vonden we te groot. RTL-Véronique heeft het geprobeerd, en die is er mee weggekomen, en het oorspronkelijke TV10 van Van den Ende niet. We hebben wel met Radio 10 in het begin al meegespeeld. Dat was ook een veel minder grote investering. Zo is Arcade begonnen op mediagebied. Via welke outlet wij ons manifesteren, maakt niet zo gek veel uit. Misschien gebeurt het morgen via Internet. Het zijn carriers, en via die carriers willen we dingen brengen.
Radio 10
Radio 10 hoorde bij de club van Van den Ende. TV10 ging ter ziele, en Radio 10 bleef over. Dat was 1989, toen Radio 10 alleen op de kabel zat. Ik vond dat wel interessant, en ik geloofde ook in de juridische constructie die Radio 10 had gekozen. Ze hadden een licentie in Italië, en omdat dat een EG-land was mocht het ook in Nederland uitzenden. Ik had de indruk dat die juridische constructie de toets der kritiek zou kunnen doorstaan. Ik hoorde dat Radio 10 in de problemen zat, en er cirkelden allerlei kopers omheen. Ze waren al vrij ver met andere partijen, tot ik er op het laatste moment heen ben gestapt. We zijn toen zowel met het management als met de verkopende partij tot overeenstemming gekomen. Vooral het management heeft daarin een grote rol gespeeld, want die vonden onze ideeën op één lijn zitten met hun ideeën. Bovendien waren wij geen investeringsmaatschappij, maar een platenmaatschappij, en we hadden kennelijk het gevoel en de houding die past bij dit soort mensen en dit cultuurtje. In 1990 heeft Arcade Radio 10 gekocht. Het format van Radio 10 vond ik niet goed. Dat was min of meer een beetje Radio 3, maar dan op de kabel. Radio 3 heeft een ijzersterke etherfrequentie, dus daar verdien je op de kabel niks aan. Ik vond dat het een gouwe-ouwen zender moest worden, want als doelgroepzender heb je op de kabel veel meer kans. Dus het werd Radio 10 Gold, en daarna zijn wel al vrij snel met Love Radio en Concert Radio gekomen.
Ondanks alle problemen die er in het begin waren is Radio 10 Gold een succesvol station geworden. Dat komt omdat Radio 10 toch een zender is van het eerste uur. De eerste klap is een daalder waard. Het is belangrijk dat je lang in zo'n markt zit. De Radio 10 Groep als geheel is zeer winstgevend geworden. Dat komt voornamelijk door het succes van 10 Gold, maar ook Love Radio en zelfs Concert Radio doen het goed voor een kabelzender. Love Radio scoort door de combinatie met de verkoop van commercials op Radio 10. Die middengolffrequentie voor Radio 10 Gold heeft natuurlijk geholpen, want daar luisteren toch meer mensen naar dan iedereen dacht. Ondanks de toegenomen concurrentie van vooral Sky Radio en Radio Noordzee Nationaal, denk ik dat Radio 10 op de middengolf een aandeel van rond de 8,5 a 9 procent blijft houden. Het is ook een vrij goede frequentie, je hoort hem tot in Parijs. Ik haal ook een behoorlijk stuk marktaandeel door het vrachtverkeer en het autoverkeer. En het format is denk ik zeer goed. Hoezeer Radio Noordzee dat ook probeert te kopiëren. Dus we zijn toch in staat geweest om tegen de stroom in behoorlijk te scoren.
Het mediabeleid
Het frappante in het mediabeleid van de Nederlandse overheid is echter dat de beste frequenties nog altijd naar buitenlandse ondernemingen gaan. Dat zag je weer aan de toewijzingen aan Sky en 538. Terwijl die stations allebei nog steeds in meerderheid van de Britse meneer Murdoch zijn, Sky voor 80 procent en Radio 538 voor 51 procent. Bij de televisie is het precies hetzelfde, RTL 4 en RTL 5 zijn buitenlands, en zelfs Veronica is voor 51 procent buitenlands. De Nederlandse overheid zet het Nederlandse bedrijfsleven keer op keer in de kou. Probeer maar eens in Frankrijk of in Engeland als buitenlands bedrijf met de mooiste etherfrequenties aan de haal te gaan! Dat lukt niet! Maar de buitenlanders in Nederland hebben alle belangrijke frequenties. Een Fransman helpt een Fransman, een Duitser helpt een Duitser, alleen een Nederlander helpt niet een Nederlander. Dat lijkt natuurlijk nergens op, dat is volstrekt belachelijk! Daar zijn we al aardig over te keer gegaan in Den Haag, maar dat mag niet baten. Zowel Verkeer en Waterstaat als Economische Zaken zeggen gewoon tegen je dat het niet uitmaakt of je nu Nederlands bent of niet. Dat speelt bij de afwegingen geen enkele rol. Dat is toch ongelofelijk? Dat vind ik zwaar onterecht, mede omdat de Britten of de Fransen of de Duitse overheid het eigen bedrijfsleven wel degelijk in bescherming neemt. Dat hoort ook de taak te zijn van het Ministerie van Economische Zaken! Die zitten daar niet voor het buitenlandse maar voor het Nederland bedrijfsleven. De heren worden toch ook betaald van de belastingcenten van het Nederland bedrijfsleven, en niet het buitenlandse. Het is te dol voor woorden.
De invloed
Media zijn zo belangrijk. Dat is informatie, cultuur, entertainment, infotainment, ook voor je kinderen. Met media kun je enorm de publieke opinie beïnvloeden. Dat ga je toch niet zomaar even aan buitenlanders geven? Dat is toch iets waarvan ik denk dat het zo belangrijk is dat je het in eigen handen wilt houden. Als Nederlander geef je tenminste nog je eigen cultuur, opvoeding, mentaliteit en sociale omgeving door. Dat zie ik een buitenlandse zender niet snel doen. Maar de Nederlandse overheid interesseert het geen fluit. Daar ben ik wel eens teleurgesteld over. Televisie is zo'n beïnvloedend medium, dat recht bij de mensen in hun hoofd gaat, elke avond weer. Daar had Brinkman in de jaren tachtig toch wat meer bij stil mogen staan, toen hij het in buitenlandse handen over liet gaan. Stel dat Euro 7 aan een extreem rechtse of linkse politieke organisatie wordt verkocht, en die gooien er allerlei propaganda op. Het klinkt absurd, maar het kan toch? Media is toch een stuk cultuur, een commerciële uiting waar heel veel cultuur in zit. We zitten hier geen colaflessen te maken. Ik vind dat je zoiets behoorlijk in Nederlandse handen moet houden. Je kunt niet zeggen dat de publieke omroep al cultuur brengt, en dat je de commerciële jongens maar hun gang laat gaan. Terwijl je ziet dat de commerciëlen een enorm stuk van de markt pakken. Zeker bepaalde groeperingen in de samenleving kijken veel naar de commerciële omroep. Daarom moet je er toch met een bepaalde voorzichtigheid mee omspringen, en dat doet de Nederlandse overheid niet.
De frequentieperikelen
Ook bij de radio zet de overheid het Nederlandse bedrijfsleven volledig in de kou. In Nederland zijn drie buitenlandse stations bedeeld met een sterke FM-zender: twee stations van Murdoch, en nog een Engels station, Classic fM. Dan heb je nog één FM-frequentie over, die is voor Noordzee, en die hebben de boel met hun format belazerd. Noordzee is alleen in de ether gekomen door een enorme politieke lobby voor het Nederlands produkt. Sky en Radio 538 zijn een jaar later alsnog aan hun frequentie gekomen. Classic fM heeft haar goede FM-frequentie gekregen door een lobby van de ambassadeur van Engeland. Daar kwam opeens uit het niets Classic fM, niet te geloven! Classic fM is één maand voor de frequentieverdeling er bij bedácht, en er is nog snel wat jazz aan de programmering toegevoegd. Natuurlijk heeft de beschermingspolitiek van Hedy d'Ancona daar ook mee te maken. Want zij wilde alleen etherfrequenties weggegeven aan partijen die geen bedreiging vormen voor de publieke radiostations. Waarschijnlijk dacht d'Ancona dat Noordzee geen echte bedreiging zou zijn, en dat Radio 10 op de middengolf ook geen kwaad zou kunnen. En bij Classic fM kon je nog een mooi EG verhaal ophangen, ze gaf een internationale partij ook de ruimte. Radio Noordzee was politiek natuurlijk ook makkelijk uit te leggen, met het culturele excuus van het nationale produkt. d'Ancona heeft ze die frequentie in de schoot geworpen, maar vervolgens ging Noordzee gouwe ouwe uitzenden. Ze hebben nagenoeg Radio 10 Gold van me gekopieerd. Noordzee is oprecht bang dat ze hun frequentie in 1997 kwijt raken, en ze zullen ook proberen de nieuwe verdeling te vertragen. Op ambtelijk niveau heb ik wel begrepen dat men zich daarvan in Den Haag nu bewust is.
Natuurlijk probeert Radio 10 een FM-frequentie te krijgen in 1997. Daar hebben we zo langzamerhand ook wel recht op. Ook voor Love Radio zouden we graag een etherfrequentie krijgen. Er zijn nog wel twee formats waarvan we, met een etherfrequentie, denken dat het scoort. Voor Concert Radio geldt dat niet, omdat klassiek een te beperkt bereik heeft voor een dure etherfrequentie.
Dit is natuurlijk een heel moeilijk ondernemersklimaat, waarbij politieke lobby een belangrijke rol speelt. Daar is op zich niets mis mee, het is alleen een beetje ondoorzichtig. Het moet niet allemaal vaag zijn. In 1997 moeten er open, transparante, eerlijke criteria komen op basis waarvan je een etherfrequentie kunt krijgen. Dan weet iedereen waar die aan toe is. En dan krijg je niet na afloop allerlei partijen die zich afvragen hoe in Godsnaam die andere partij aan een frequentie is gekomen. Dan hoef je niet na afloop naar de rechter om dat weer recht te laten trekken. Want de overheid wordt voortdurend door de rechter teruggefloten. Ik heb goede hoop dat Jorritsma niet zoals d'Ancona aankomt met verhalen dat 'iets geen bedreiging mag vormen' en 'wel leuk is' vanuit ondoorzichtige overwegingen. Wij hopen dat bij de toewijzing in 1997 meespeelt dat we een Nederlands bedrijf zijn, dat we ons aan bestaande afspraken houden, dat we gaan geen formatwijzigingen toepassen, en dat we de boel niet besodemieteren zoals andere partijen doen. De deals die we zijn aangegaan met de overheid zijn we altijd nagekomen, dat is belangrijk als je weer met iemand in zee gaat. En het format van Radio 10 heeft zich bewezen, daar is een markt voor. Ik denk dat dat ook moet meewegen als je wat vergeeft.
Er moet een gelijke verdeling komen van de frequenties tussen de publieken en de commerciëlen. De publieke omroep moet je niet bevoorrechten door distributie, want ze krijgen al een enorm bedrag subsidie. Etherfrequenties zijn dusdanig uniek en mobiel, daar moet iedereen een eerlijke kans krijgen. Iedereen moet met gelijke middelen in de markt kunnen opereren. De overheid is namelijk de enige die dat verdeelt. Bij kabel is het een ander verhaal. Daar krijgt de kabelaar de macht, en niet de overheid. Dan moet je als overheid wel wat voorwaarden stellen, anders gooit de kabelexploitant de publieke omroep er wellicht af. Dáár kan ik me voorstelen dat de overheid een verplichting van doorgifte, een must-carry regel, instelt. Je kan niet 900 miljoen in publieke omroep stoppen, en het risico lopen door de kabelmaatschappijen niet te worden doorgegeven. Ik zou zelf zeggen dat je dat ook voor de Nederlandse commerciële licentiehouders moet doen. Het lijkt me goed als de Nederlandse initiatieven voorrang krijgen op buitenlandse zenders.
Televisie
Zodra het goed gaat met je radioprojecten, ga je natuurlijk naar televisie kijken. RTL was in 1989 begonnen, maar pas eind 1992 werd dat via normale Nederlandse wetgeving geregeld en kon je gewoon vanuit Nederland commerciële televisie maken. Een jaar later zijn wij er ingestapt. We hadden al wat formats liggen natuurlijk, maar twee ideeën hebben we uitgevoerd. We kozen bewust niet voor een fullflex station. Daarmee bedoel ik zenders die alles willen bieden. Zelfs SBS gaat die kant op, want die brengen ook nieuws. SBS wil wat marktaandeel afpakken van RTL4, ze komen ook met meer soaps en shows. Daar is niks op tegen hoor, maar wij maken die keuze niet. Ik vind die vorm van tv-maken erg duur en risicovol. De vorm die wij maken is op zich ook wel duur, maar veel minder duur dan bij die fullflex-stations. We hebben naar het buitenland gekeken, en gezien dat met name nichezenders, zogenaamde doelgroepzenders, op lange termijn het hoofd beter boven water weten te houden dan de hele grote stations. Want daar moet vaak geld bij. Kijk maar, er is op dit moment niet één commerciële groep in Nederland die geld verdient. Ik denk dat het Nederlandse publiek nog een beetje moet wennen aan nichezenders. Maar als we eenmaal een plekje veroverd hebben, dan gaan de mensen open staan voor meer van dit soort initiatieven. Het is een gewenningsproces bij de consument, een nieuw station moet in het hoofd geprogrammeerd zitten. Dat kost tijd. Wij denken dat we met een langzame stijging van het marktaandeel, en door verbetering van de programmering, binnen twee à drie jaar winst gaan draaien. Bij radio heeft ook zo lang geduurd voordat dat ging renderen.
The Music Factory
Idee 1 was TMF, The Music Factory. Een muziekstation dus, met veel clips van Nederlandse artiesten. We irriteerden ons als gezamenlijke platenindustrie al jaren aan het feit dat we nergens onze acts kwijt konden. Je mocht al blij zijn als je artiest een keertje in 'All you need is love' kon staan. 'Toppop' is al twintig jaar geleden, en 'Countdown' scoorde ook nauwelijks meer voor dat ene uurtje per week. Ja, je had nog 'Nederland Muziekland', voor een bepaalde groep muzikanten. Maar verder was er geen structurele manier om je artiesten op televisie te krijgen. MTV draaide ook geen Nederlandse acts. Dus wij zagen duidelijk mogelijkheden voor een op Nederland gericht clipstation. In Zweden is er een clipstation, in Duitsland, Italië, Frankrijk, bijna allemaal na 1 of 2 jaar succesvol. En het mes snijdt aan twee kanten. Enerzijds is het goed voor de platenindustrie, anderzijds is het puur een commerciële venture. En er is behoefte aan, wat ook blijkt uit het succes. Waar we te ontvangen zijn hebben we MTV qua kijkcijfers voorbijgestreefd. Het heeft ook geen zin om hier een clip te laten zien van een artiest die in Amerika nummer 1 staat, maar die wij helemaal niet kennen. Dat zegt de kids hier niet veel. De Nederlandse jeugd vind het wél leuk om te weten waar de Nederlandse houseparties worden gehouden, wat de Nederlandse hits zijn. En clips van Nederlandse artiesten is ook cultuur, jongerencultuur. Dus zagen wij brood in een Nederlands clipstation. We hebben de programmering omgebouwd tot een 24-uurs formule, eerst hadden we 3 keer 8 uur per dag de zelfde blokken. Het enige probleem is de kabeldistributie. We hebben behoorlijk hard op de tafel moeten hameren bij de kabelmaatschappijen. Na een jaar hebben we een distributie van zo'n 75 procent. Dat is binnen de huidige overvolle kabelbezetting knap gedaan.
TV10 Gold
Het idee voor TV10 Gold kwam uit het buitenland. UK Gold, Encore, The Family Channel, dat soort zenders. Maar ook de BRT, VTM, BBC, TF1, herhalen binnen hun programmering aardig wat programma's uit het verleden. Dat doen Veronica, SBS en RTL trouwens ook. Die herhalingen scoren goed binnen de normale programmering, en dat geldt ook voor zenders die zich daar specifiek op concentreren. Nou, dan is het plaatje duidelijk. Het is bovendien niet duur. Zo is dus het idee voor TV10 Gold ontstaan.
Bij TV10 Gold waren er twee problemen. De journalistiek reageerde er nogal negatief op, zo van 'dat hebben we allemaal al eens gezien'. Dat maakt het gelijk moeilijker om uit te leggen aan programmaraden waarom ze ons op de kabel zouden moeten doorgeven. Maar als de mensen uit zo'n programmaraad TV10 Gold zagen beleefden ze er veel plezier aan. Zeker als er op de andere zenders weer eens niks was. Want al heb je nog zo veel tv-zenders, van tijd tot tijd is er voor of na 'All you need is love' niet zoveel aan. Als je ziet dat we in Amsterdam na 10 uur soms 10 tot 15 procent marktaandeel scoren, dan moet dat in de rest van Nederland ook kunnen.
Dan is het andere probleem de kabeldistributie. Net als bij TMF zie je dat je geen steun krijgt van de Nederlandse kabelwereld. Twee voor 100 procent Nederlandse commerciële initiatieven worden door je fellow-Nederlanders met weinig steun ontvangen. Dan zeg ik: Kijk eens naar wat je op je kabelnet hebt zitten. Daar zit niks Nederlands tussen. Noem mij één ander voor 100 procent Nederlands station op de kabel, dat is er niet! Zelfs Euro 7 is aan een buitenlandse dominee verkocht. Bovendien wordt er door de kijkers naar heel veel buitenlandse stations helemaal niet gekeken. Het is ook slecht geregeld, want je hebt met meerdere partijen te maken. Programmaraden, gemeenteraden, wethouders, kabelmaatschappijen. In de ene gemeente heeft die het voor het zeggen, in de andere gemeente heeft dingetje het voor het zeggen, of ze hebben het samen voor het zeggen. In Amsterdam kan A2000 niet alles beslissen, in Utrecht beslist de Casema voor een deel en de gemeenteraad voor een deel. Dan zijn er de eigen belangen van kabelmaatschappijen, zoals Tv-Select, TV A la Carte, pluspakketten, noem maar op. Je komt in een ontzettend moeilijk circuit terecht. Daarom heeft het lang geduurd. In Duitsland ga je met één of twee partijen praten, en dan heb je wel of niet een deal. Wij hebben speciaal mensen in dienst die met niets anders bezig zijn dan met lobbyen en kabelnetwerkontwikkelingen. Bovendien hadden we nog een andere handicap: we kwamen niet met één maar met twee tv-stations. In ons businessplan hebben we ons heel reëel opgesteld, en rekening gehouden met een periode van twee jaar voordat we overal op de kabel zitten. Maar in mijn enthousiasme als Nederlander is het toch wat tegengevallen. Ik had een coulantere en flexibeler houding verwacht van de kabelaars. Niet dat TV10 zo'n Nederlandse missie heeft, dat weet ik ook wel. Dat is gewoon een commerciële onderneming waarbij wij programma's brengen, waarvoor interesse is bij een bepaalde groep van de Nederlandse bevolking.
De niche
Omdat we als nichezender nogal afhankelijk zijn van de programmering van andere zenders loopt onze marketingscampagne met name gedurende de zomer, wanneer de andere omroepen op herhaling gaan en de talkshows en grote showprogramma's afgelopen zijn. Dat is voor ons een kans om de programmering beter naar voren te krijgen. We hebben in het begin ook gewacht met marketingsinspanningen totdat de distributie wat op peil was. Je hebt een enorme waste in je advertising als veel mensen je nog niet kunnen ontvangen. Dan heeft adverteren nog niet veel zin. Zomer 1996 was de tijd om het station neer te zetten. Het etiket 'Gold' ging weg uit de naam. Binnen de programmering van TV10 hebben we gemerkt dat met name voor komedie veel interesse is. Dat bedoel ik met 'je plaats vinden'. We gaan dus meer de nadruk leggen op series met het element lachen. Voordeel daarvan is dat je als kijker elk gewenst moment kunt inschakelen. Of je Tommy Cooper nu vanaf het begin ziet, of halverwege instapt, het is altijd leuk. Dat is een groot voordeel, en we merken dat dat goede kijkcijfers oplevert.
Er liggen nog diverse formats waarvan wij denken dat ze interessant zijn om in Nederland te starten. Maar eerst willen we deze twee succesvol maken. Het umfeld in tv-land verandert continu. De andere zenders veranderen van koers, er komen snel nieuwe zenders bij, de situatie is nooit rustig. RTL5 wordt een nieuwszender, SBS heeft zich ontwikkeld, Sport 7 is gekomen met naast sport ook een behoorlijk stuk entertainment. Over een jaar valt het misschien tegen met de sport, en komt er nog meer entertainment. Zo blijft het veranderen. Hoe gaat het met Kindernet, of met Euro 7? Er is veel onrust in de tv-markt, de kabel zit vol. Als je nu nog met een tv-zender komt, moet je wel een ijzersterk format hebben. Of je moet de voetbalrechten hebben, of uitsluitend films die net uit de bioscoop zijn, anders kom je er niet eens meer tussen. Dus dit is niet het moment om met iets nieuws te komen, maar de plannen liggen wel op de plank. Als onze twee andere nichezenders meer aan gaan slaan, dan krijgt men wel meer vertrouwen. Dan denken ze: "Hé, dat Arcade doet het niet slecht, ik heb ook wel vertrouwen in hun derde station."
De sportrechten
Wij hebben begin 1996 ook geboden op de sportrechten, en niet eens zo veel minder als Sport 7 gedaan heeft. Wij hadden er een open net van gemaakt. Daar was TV10 dan voor gebruikt, en dan hadden we daar de programmering behoorlijk omgegooid. Geen betaal-tv constructie dus. Ik wist twee weken van te voren wat er gaande was. Daarvoor had ik allerlei aanwijzingen. De Volkskrant kwam met de 140 miljoen gulden aan, die door ons geboden zou zijn. Nou, ik wist dat ik het niet geboden had, dus wist ik onmiddellijk wie het wel geboden had. Dan is één en één snel twee. We weten allemaal dat binnen Endemol ook nog steeds aspiraties bestonden om zelf iets te doen. Dan kom je er met een paar telefoontjes al vrij snel achter waar dat broedt.
De filosofie
Met die 140 miljoen voor de KNVB die Sport 7 heeft geboden ga je, volgens ons, geen geld overhouden. Wij vonden het niet verantwoord om dat te doen. Je moest de rest van de programmering ook nog invullen. Dat is een inschatting van bedrijfsrisico. Of ik dat wel of niet goed ingeschat heb zal de toekomst uitwijzen. Het gaat ons erom dat we aan het eind van de rit geld verdienen. We zijn nu een partij die drie radiostations beheert, en twee nichezenders voor televisie beheert, dus we zijn niet de grootste partij. Maar we willen die zenders goed rendabel maken. Als we aan het eind van de rit naar de exploitatiekosten van de mediagroep kijken moeten we geld verdienen. Ik heb liever dat ik een paar miljoen verdien, dan dat ik vele miljoenen verlies. Dat is de filosofie. Groot an sich is niet het criterium, opbrengst is het criterium.
Ik denk dat er wel degelijk ruimte is voor veel tv-zenders in Nederland. Veronica is met te hoge verwachtingen en een te hoog kostenpatroon van start gegaan, maar met een andere filosofie is er ook de mogelijkheid voor Veronica om winst te maken. Het gaat me te ver om te zeggen dat de ontwikkeling te snel is gegaan. De mensen moeten er aan wennen. Als je overstapt op een andere krant, duurt het wel een half jaar voordat je daar aan gewend bent, voordat je weet waar de artikelen zitten, hoe de inrichting is. Zo moet de consument ook langzaam wennen aan het feit dat er meer zenders zijn, en dat op knop 7 niet meer de BRT zit. Iedereen moet zijn plek vinden, het is nieuw, het is anders. De HMG-groep, SBS, en ook de Arcade Media Groep, zijn allemaal zeer sterke financiële partijen, die dit allemaal van te voren hebben geweten. Het duurt nou eenmaal een aantal jaren voordat je station winstgevend is, zo werkt dat nu eenmaal met radio en televisie. Als alle betrokken partijen het op een goede manier doen, kunnen ze allemaal een plaats veroveren en geld verdienen. Je moet alleen de financiële kracht hebben om die periode aan te kunnen. Ik heb nog maar zelden meegemaakt dat een radio- of tv-station failliet is gegaan. Dan wordt het opgekocht door een ander, en die gaat er weer wat van maken. De formule verandert, en dan gaan ze weer verder. Bij radio zie je eigenlijk hetzelfde. Of je verdwijnt, omdat de rechter zegt dat je moet stoppen, zoals bij Cable One. Maar voor de rest is het te interessant om exploitabel te maken, dat laat je niet schieten.
De fusie / Wegener
Een verdere versmelting van allerlei bedrijven op mediagebied sluit ik niet uit. Je ziet dat trouwens in de hele wereld gebeuren. Nu is er een samenwerking tussen Bertelsmann en CLT. Kijk naar ABC/Disney, Time Warner/CNN, Murdoch zit al in Duitse en Amerikaanse mediaprojecten, dus waarom niet in Nederland? Arcade was al door allerlei mediabedrijven, platenmaatschappijen en computersoftwarebedrijven benaderd voor overnames en fusies. Maar Wegener was een logische partij, omdat het bedrijf helemaal complementair is aan Arcade. Er is absoluut geen overlap tussen onze bedrijven. Op dit moment trekt advertising in dagbladen en op de radio aan, en loopt het bij televisie iets terug. Dus je neutraliseert zo je afhankelijkheid van één bepaald soort medium. Daar schieten zowel Wegener als Arcade veel mee op. De fusie maakt er een veel financieel krachtiger en grotere organisatie van. Dat is wel handig, want media brengen vooral hoge investeringen met zich mee, en je moet dus een lange adem moet hebben voordat iets loopt. Dan heb je per definitie grote financiële partijen nodig, anders red je het niet.
De vervlakking
Iedereen zal genoegen moeten nemen met andere kijkcijfers dan vroeger. Je kunt niet meer scoren zoals de publieke omroep dat vroeger deed. De publieke omroep blijft wel gewoon bestaan, al was het alleen maar omdat er 900 miljoen subsidie heen gaat. Maar publieke omroep verdwijnt niet omdat er commerciële omroep bij komt. De publieke omroep moet zich aanpassen, omdat ze minder marktaandeel zullen hebben. Het moet niet allemaal commercieel worden. Als je alles aan de commerciëlen overlaat krijg je veel pulp-television. De commercie is geneigd zich daar op te richten, omdat pulp het gemakkelijkst verkoopt. De burger is ook geneigd daarvoor te kiezen, dus het is de overheidstaak om er programma's tegenover te zetten die de commercie nooit zal brengen. Hoewel ik wel denk dat de belangstelling voor pulp terugloopt. Je ziet toch een terugkeer naar de programma's van de publieke omroep. Ook de commerciële televisie heeft zich gerealiseerd dat ze zo de oorlog niet winnen. Dus komen er toch meer programma's die boven de vervlakking uitstijgen."
(c) Arjan Snijders